Een betere arbeidspositie voor schoonmakers
In de afgelopen week hebben we als raad gesproken over de arbeidspositie van schoonmakers. Een meerderheid van de gemeenteraad heeft een voorstel ingediend om de schoonmakers die de gemeentelijke gebouwen schoonmaken in dienst van de gemeente te nemen. Wij hebben dit voorstel niet gesteund, maar zijn voor het sociaal aanbesteden van schoonmakers. Graag neem ik jullie in deze blog mee in onze overwegingen.
Proces
Na de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 heeft de coalitie (die naast ons bestaat uit GroenLinks, PvdA en D66) plannen en afspraken gemaakt. Deze plannen en afspraken staan in het Coalitieakkoord 2019 - 2022 'Gezond, groen, gelukkig Groningen’. In dit coalitieakkoord hebben we specifiek iets opgenomen over de schoonmakers die de gemeentelijke gebouwen schoonmaken.
De gemeente zorgt voor divers samengestelde personeelsleden, zowel op het gebied van diversiteit als voor het bieden van werk aan diverse opleidingsniveau. We vinden dan ook dat schoonmakers een gelijkwaardige plek in onze organisatie verdienen. Daarom is afgesproken te onderzoeken of we de schoonmakers in gemeentelijke dienst kunnen nemen en zo ja, op welke manier.
De afgelopen periode is dit onderzoek uitgevoerd. Er is een maatschappelijke kosten en baten analyse gemaakt en er is onderzocht hoe we de positie van de schoonmakers kunnen verbeteren. Naar aanleiding van deze onderzoeken heeft het college de voorkeur uitgesproken voor het sociaal aanbesteden van de schoonmaak. Sociaal aanbesteden betekent dat er extra voorwaarden worden gesteld aan de schoonmaakbedrijven, zodat de positie van de schoonmakers wordt verbeterd. Overwegingen van het college hierbij waren dat de positie van schoonmakers door middel van sociaal aanbesteden fors kan worden verbeterd en het in dienst nemen van de schoonmakers veel meer geld kost.
Onze overwegingen
Wij vinden het zeker belangrijk dat de positie van schoonmakers verbetert. Immers, de werkdruk in de schoonmaakbranche is erg hoog, er worden vaak kleinere contracten aangeboden en de opleidings- en doorgroeimogelijkheden zijn vaak minimaal.
Maar dit zijn punten waarop via sociaal aanbesteden door de gemeente kan worden gestuurd. Zo kunnen we in de voorwaarden opnemen dat er extra tijd aan de schoonmaak mag worden besteed, waardoor de werkdruk afneemt. Ook kunnen we in de voorwaarden opnemen dat dagschoonmaak het uitgangspunt is. Daardoor hoeft niet met kleinere contracten voor de ochtend- en avonduren gewerkt te worden, maar kan een contract van meer uren geboden worden. En dat heeft inkomensgroei tot gevolg. Tegelijkertijd zorgt dagschoonmaak ervoor dat schoonmakers zichtbaar zijn op de werkvloer en ze zich meer onderdeel van de gemeentelijke organisatie kunnen voelen. Daarnaast kunnen schoonmaakbedrijven uitgedaagd worden een opleidings- en groeiplan in te dienen waarin wordt aangegeven dat medewerkers daarin mogelijkheden wordt geboden om zich te ontwikkelen. Verder kunnen zij gewoon meedelen in extra’s die medewerkers in dienst van de gemeente ook krijgen, zoals een kerstpakket of deelname aan gemeentelijke activiteiten.
Wij denken dat daarmee een forse stap in de verbetering van de positie van schoonmakers kan worden gezet. Daar hebben we ook extra geld voor over: de genoemde extra voorwaarden leveren naar verwachting een extra kostenplaatje van ruim 200.000 euro per jaar op.
De raadsfracties die het voorstel hebben ingediend wil nog een stap verder gaan in het verbeteren van de positie van de schoonmakers, door de schoonmakers in dienst te nemen. En dat levert inderdaad extra voordelen op ten opzichte van wat hiervoor is beschreven. Het loon in de gemeentelijke CAO ligt namelijk hoger en ook krijgen ze extra vrije dagen. Daarnaast maken ze dan daadwerkelijk onderdeel uit van de gemeentelijke organisatie.
Maar met het inbesteden wordt alleen de groep schoonmakers bereikt die op gemeentelijke gebouwen schoonmaken. En de extra kosten hiervoor zijn zo’n 500.000 euro per jaar. En dat is naar onze mening een forse investering, terwijl de financiën van de gemeente doorlopend onder druk staan. We hebben nog veel andere opgaven en met de gevolgen van corona komen er mogelijk nog meer financiële risico’s bij. We hebben daarom de afweging gemaakt wél extra geld te willen besteden aan de positie van schoonmakers door de keuze voor sociaal aanbesteden te steunen, maar ook oog te hebben voor andere opgaven die we als gemeente hebben. Nu een meerderheid van de gemeenteraad wel heeft gekozen voor het in dienst nemen van de schoonmakers, zullen wij daarnaast kritisch blijven dat deze extra investering niet leidt tot lastenverzwaring.
Samengevat maken we als ChristenUnie de keuze om de arbeidsvoorwaarden van schoonmakers te verbeteren en daarin te willen investeren. Niet door als gemeente alles zelf te willen doen, maar door als lokale overheid onze positie te pakken en bewust in de markt te sturen om betere voorwaarden. Dat kan volgens ons op een goede manier door sociaal aanbesteden.