De energietransitie zichtbaar: Roodehaan en Lageland
Afgelopen woensdag stonden drie onderwerpen op de agenda die te maken hebben met de energietransitie: windmolens bij Roodehaan, de mogelijkheid van een zonnepark bij Lageland en het energietransitiefonds. Komende woensdag, 28 april 2021, staan deze punten ter besluitvorming op de agenda van de gemeenteraad. Wij zullen voor deze voorstellen stemmen. In deze blog licht ik dat graag toe.
Aanleiding
Als ChristenUnie hanteren we het standpunt dat we de opdracht hebben zuinig op de aarde te zijn. En we zien dat het klimaat verandert. Uit onderzoek bij een inwonerspanel blijkt dat 85% zich zorgen maakt over de klimaatverandering[i]. Met het klimaatakkoord[ii] werken we aan vermindering van de CO2 uitstoot. In Groningen hebben we daarvoor de routekaart 2035[iii] opgesteld, met als doel om in 2035 CO2 neutraal te zijn. Dat wil zeggen dat alle energie die we gebruiken afkomstig is van duurzame bronnen. En daarmee hebben we ons, al in 2011, voor een grote opgave gesteld. In de afgelopen twee raadsperiodes is het nodige bereikt, maar nog niet genoeg. We moeten meer doen.
Zonne- en windenergie
De eerste stap hierin is wat ons betreft het tegengaan van energieverbruik, door isolatie en energiezuinige apparaten. De tweede stap is de energie die dan nog nodig is zoveel mogelijk duurzaam op te wekken. De elektriciteit halen we door middel van windturbines op zee en op land en met zonnepanelen op daken en in zonneparken. De voorkeur ligt daarbij op wind op zee en zonnepanelen op daken. Maar alleen daarmee zijn we er niet. We moeten ook op andere fronten aan de slag. En dan komt de vraag: Wat zijn goede locaties voor zonneparken of windmolens en onder welke voorwaarden? En daarbij was het duidelijk dat het ergens ‘pijn’ zal gaan doen, want locaties vinden waar iedereen blij en tevreden mee is, is een utopie. In het coalitieakkoord hebben we afgesproken dat we de mogelijkheden voor windmolens op Stainkoeln en Westpoort verkennen, en in Meerstad-Noord de mogelijkheden onderzoeken voor een energielandschap, dit is het zonnepark geworden. En dat staat nu dus op de agenda.
Verdergaand op wat ik al zei betreffende zonne-energie: dat zon op daken de voorkeur heeft staat ook in de zonneladder die op aangeven van mijn partijgenoot in de Tweede Kamer, Carla Dik-Faber, is opgesteld. Het doel is om zoveel mogelijk onbenutte daken en terreinen te benutten en daarmee de landbouw en natuur zoveel mogelijk te ontzien.[iv] De enorme opgave kan niet worden ingevuld met alleen opwekking van duurzame energie op daken. Het is daarom van belang om naast de inzetten van zon op daken, we ook op andere fronten aan de slag moeten. De zonneladder geeft een duidelijke voorkeursvolgorde aan, maar niet een volgtijdelijkheid[v].
Participatie
Een belangrijk onderdeel van de energietransitie is dat mensen zich betrokken voelen bij de maatregelen die in hun omgeving worden genomen. Inwoners moeten meeprofiteren van de energietransitie. Te vaak zien we nog dat inwoners wel de lasten ervaren, maar niet de lusten.
Er zijn hier verschillende vormen van participatie te onderscheiden: actieve participatie en passieve participatie. Bij actieve participatie kan met name gedacht worden aan het meedenken en op onderdelen meebeslissen, maar ook aan het daadwerkelijk (mede)eigenaar zijn van bijvoorbeeld zonnepanelen. In ieder geval zullen inwoners wat ons betreft betrokken moeten zijn bij de fysieke inrichting, compensatiemaatregelen en de regeling voor compensatie.
Als het om passieve participatie gaat, denken we aan compensatie, zowel in geld als in ontwikkeling van de omgeving of anderszins. Ik roep hierbij ook graag de motie ‘laat omwonenden van zonneparken financieel meeprofiteren’[vi] van 27 mei 2020 in herinnering, waarin we samen met andere partijen hebben gevraagd met een concreet kader te komen voor financiële participatie, waarbij omwonenden meeprofiteren van de opbrengsten van het zonnepark in hun directe woonomgeving. Dat geldt wat ons betreft ook voor windmolens. Helaas ligt dat kader er nu niet en vragen we daar opnieuw aandacht voor.
Wat ons betreft hebben omwonenden daarin dus een andere positie dan mensen die er verder vanaf wonen. Wat onder omwonenden moet worden verstaan zullen we steeds duidelijk moeten aangeven. In de participatiewaaier bij het klimaatakkoord staan hiervoor verschillende opties uitgewerkt. Na compensatie van omwonenden kan de restopbrengst in het energietransitiefonds. Daarover later meer.
Windmolens in Roodehaan
Als we kijken naar de windverkenning, dan hebben wij natuurlijk ook mails van inwoners gekregen en inwoners gesproken die vragen waarom er windmolens moeten komen in Roodehaan.
Wat ons betreft ligt er een zorgvuldige windverkenning, al wordt aangegeven dat een aantal dingen verder uitgezocht moeten worden. Deze zullen in de verdere verkenning moeten worden opgepakt. Uit deze windverkenning blijkt dat de locatie Roodehaan geschikt is voor windmolens. Dat geldt helaas niet voor de locatie Westpoort, waar we dan ook niet verder gaan met de ontwikkelingen.
We kunnen goed begrijpen dat omwonenden hier niet direct blij mee zijn. De omwonenden hebben wel gevraagd nu een principebesluit te nemen, zodat het kader helder is waarbinnen zij verder kunnen participeren. En ik heb net al aangegeven dat die participatie wat ons betreft heel belangrijk is. En als inwoners participeren met bovenstaande mogelijkheden, bestaat de mogelijkheid dat het draagvlak in toekomst toch nog toeneemt.
Zonnepark Lageland
Het voorgestelde besluit voor Lageland ligt wat anders. Wat voor ons ligt is een gebiedsvisie voor de polder. Daarin geven we aan hoe we tegen het gebied aankijken en welke mogelijkheden we daarin zien. Daarmee nemen we nog geen besluit over het zonnepark, maar we begrijpen heel goed dat dit wel zo wordt beleefd. En in de gebiedsvisie zouden we ook wel de mogelijkheid geven het te ontwikkelen. Maar het daadwerkelijke besluit zal nog op een ander moment worden genomen.
We begrijpen de zorgen bij inwoners over de verschillende ontwikkelingen die in dit gebied samenkomen. Het gaat dan om het zonnepark, de hyperloop, de aanwezige NAM-locatie en het hoogspanningsstation dat daarvoor nodig is. Naast deze ontwikkelingen hebben ook het zonnepark bij Garmerwolde en de ontwikkeling van Meerstad invloed.
Het is daarom goed dat er afgesproken kaders zijn, zoals geluidsnormen, tegengaan van gevaar en de ontwikkeling van biodiversiteit. Daaraan kunnen inwoners duidelijkheid ontlenen. Voor wat betreft de uitvoering van het zonnepark vragen we het college of er een mogelijkheid is voor gefaseerde uitvoering, zodat we goed kunnen monitoren wat de ontwikkelingen met het gebied doen en welke mitigerende maatregelen eventueel nodig zijn.
Voor het vervolg is het van belang dat het participatieproces goed wordt doorlopen. Ik heb daar al het een en ander over gezegd: inwoners moeten meepraten over inrichting en compensatie en gebruik van de kennis en ideeën van omwonenden is noodzakelijk. Hoe inwoners willen participeren bepalen ze natuurlijk zelf, daarover zullen afspraken met hen gemaakt moeten worden.
Energietransitiefonds
Het college geeft aan dat het een fonds voor energietransitie wil oprichten. Het fonds kan worden gevuld met de opbrengst van energieprojecten en subsidies. Belangrijker is natuurlijk wat we met dit fonds gaan doen. Het college geeft aan het geld uit het fonds te willen gebruiken om de energietransitie verder te versnellen en daarbij alle inwoners van de gemeente te betrekken. Vanuit het fonds kunnen lokale en particuliere initiatieven worden ondersteund, maar ook kunnen inwoners worden ondersteund die zelf niet de middelen hebben voor isolatie of energieopwekking. Daarmee kunnen we energiearmoede tegen gaan. En dat lijkt ons een prima idee, dus laten we dat effectief ter hand nemen[vii].